instellingen
Geluid rondom luchthavens

Geluid rondom luchthavens

Er is minder geluidsherrie rond Schiphol dan rond vergelijkbare grote luchthavens als Londen Heathrow, Parijs en Frankfurt. Toch ervaren omwonenden nergens zo veel geluidshinder als rond Schiphol. Het beleid zou zich dan ook beter kunnen richten op het terugdringen van de hinder dan op het terugdringen van het geluid. Omwonenden moeten vooral meer vertrouwen krijgen in de overheid en in Schiphol. De bescherming tegen geluidsoverlast moet doorzichtiger worden en omwonenden moeten meer inspraak krijgen bij het gebruik van de luchthaven, zo leren buitenlandse voorbeelden.

Tot deze bevindingen komt het Ruimtelijk Planbureau in zijn studie Geluid rondom luchthavens, die op 18 december is verschenen. In deze studie is de geluidsoverlast van Schiphol tussen 1996 en 2005 vergeleken met die van vijftig andere Europese luchthavens. Uit de studie blijkt dat Schiphol qua geluidsbelasting relatief gunstig scoort, maar dat de door omwonenden ervaren geluidshinder in vergelijking met de andere luchthavens enorm groot is. Begin 2006, bij de evaluatie van het Schipholbeleid door het ministerie van Verkeer & Waterstaat, heeft het kabinet het voornemen uitgesproken om samen met de luchtvaartsector de geluidshinder zoveel mogelijk terug te dringen. De in deze studie beschreven buitenlandse ervaringen kunnen hiervoor inspiratie bieden, met name als het gaat om het verbeteren van de gebrekkige communicatie en het verminderen van het op dit moment bij de omwonenden bestaande wantrouwen jegens de luchthaven en de overheid

Doorzichtiger handhaven van geluidsnormen kan hinder verminderen
Ten opzichte van de andere grote Europese luchthavens Parijs, Londen Heathrow en Frankfurt is de door omwonenden ervaren geluidshinder rond Schiphol zeer groot. Een belangrijke verklaring voor deze hinder is de gebrekkige communicatie. Zo wordt rond Schiphol een ondoorzichtig systeem van handhavingspunten gehanteerd om paal en perk te stellen aan het geluid. Het quotasysteem dat onder andere in Engeland wordt gebruikt, aangevuld met zogenaamde 'flitspalen', zou hiervoor een goed alternatief zijn omdat het voor de omwonenden veel transparanter is. Daarbij kunnen geluidsquota ook worden gekoppeld aan bepaalde landingsbanen.

Verder liggen er kansen voor verbetering van de betrokkenheid van omwonenden bij de luchthaven. Hoewel alle grote luchthavens commissies kennen van omwonenden,  worden de beste resultaten geboekt door commissies waarin niet alleen omwonenden maar ook vertegenwoordigers van luchthaven en overheid zitting hebben. Ook rond Schiphol zou aan een dergelijke commissie veel meer zeggenschap moeten worden toegekend, bijvoorbeeld over het gebruik van banen en vluchtroutes.
Ook andere buitenlandse voorbeelden om de geluidshinder rond de luchthaven te verminderen zijn het overwegen waard. Zo zou Schiphol in navolging van de Engelse luchthavens het geld van de boetes voor het overschrijden van de geluidsnormen in zijn leefbaarheidsfonds kunnen storten. De opbrengsten van die boetes zouden benut kunnen worden om de omwonenden een schadevergoeding te betalen en daarmee goodwill te kweken.

Geluidsbelasting Schiphol minder groot door gunstige ligging
Ondanks de grote geluidshinder rond Schiphol is de werkelijke geluidsbelasting ten opzichte van vergelijkbare luchthavens hier relatief beperkt. Verschillen in de geluidsbelasting worden veroorzaakt door de grootte van de luchthaven en door de ligging ten opzichte van de woonbebouwing. Mede door het jarenlang consequent volgehouden ruimtelijkeordeningsbeleid is de ligging van Schiphol relatief gunstig. Dit blijkt uit de geringere geluidsbelasting vergeleken met de andere grote Europese luchthavens Parijs, Londen Heathrow en Frankfurt: het aantal omwonenden binnen de contour van 55 Lden (de door de EU voorgeschreven norm) is relatief laag, zeker gezien de hoge bevolkingsdichtheid in de Randstad. Schiphol scoort in dit opzicht bovendien beter dan luchthavens als Brussel, Lissabon en Hamburg, die minder vliegverkeer trekken.

Verplaatsen van functies naar andere luchthavens kan geluidsbelasting beperken
Hoewel de geluidsbelasting door Schiphol dus relatief minder groot is, zien de onderzoekers nieuwe mogelijkheden om de geluidsbelasting verder te beperken. Zo kan het voor Schiphol een goed alternatief zijn om bepaalde functies te verplaatsen naar andere luchthavens, zoals Lelystad. In dit kader kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het afhandelen van charters of de low cost carriers.
Daarnaast kan ook het isolatieprogramma van Schiphol worden verbeterd. De luchthaven heeft behoefte aan meer begrijpelijke normen ten aanzien van woningen die in aanmerking komen voor isolatie. De door de EU voorgeschreven norm (Lden) is ondoorzichtig. Dit in tegenstelling tot de in Frankrijk gehanteerde norm om een gebied af te bakenen als een vliegtuig er meer dan honderd keer per dag meer dan 65 dB veroorzaakt, of de bij de luchthaven van Frankfurt gehanteerde norm om een huis te isoleren als een vliegtuig meer dan zes keer per nacht meer dan 75 dB veroorzaakt. Beide alternatieven zouden voor Schiphol een goede aanvulling zijn. Bovendien kunnen duidelijker normen ook hier het wantrouwen en de ervaren hinder verminderen.


Minder geluidsproductie door stillere vliegtuigen
Ondanks de toename van het aantal vluchten heeft de luchtvaart in 2005 in totaal minder geluid geproduceerd dan in 1996. Dit komt vooral doordat de afgelopen tien jaar in het algemeen steeds meer nieuwe, en daarmee stillere, vliegtuigen in gebruik genomen zijn.
Ook voor Schiphol geldt dat het aantal vluchten tussen 1996 en 2005 aanzienlijk is toegenomen en dat tegelijkertijd de geluidsproductie is afgenomen. Wel bleef de afname van de geluidsproductie enigszins achter bij die van andere internationale luchthavens. Dit heeft enerzijds te maken met de ongunstige vlootsamenstelling: relatief veel oude, zware en daardoor lawaaiige toestellen. Anderzijds speelt hier de toename van het aantal vluchten in de avond en nacht, die immers meer hinder veroorzaken, een rol.
Voor Schiphol is er zeker nog ruimte om de geluidsproductie verder te verminderen. Kansen om de geluidsproductie terug te dringen liggen onder andere bij vlootvernieuwing door de luchtvaartmaatschappijen. Om dit te bewerkstelligen kan Schiphol zijn toevlucht nemen tot een sterkere differentiatie van landingsgelden, beprijzing van nachtvluchten en geluidsquota, bijvoorbeeld in navolging van de maatregelen in Groot-Brittannië.

Bron: Ruimtelijk planbureau

 

Naar nieuwsoverzicht
delen
  • Google+
  • LinkedIn
  • NUjij